Menu

Hoofdmenu

Wat zijn drugs? Soorten, effecten en risico’s uitgelegd.

Er zijn veel soorten drugs die allemaal andere effecten geven en risico’s kennen. De effecten en risico’s die drugs geven zijn ook afhankelijk van hoe iemand zich voelt en waar de drug gebruikt. 

Wat zijn drugs? 

Drugs zijn middelen die de werking van de hersenen beïnvloeden. Dit gebeurt meestal door veranderen van signalen in de hersenen. Daardoor gedraagt of voelt iemand zich anders. Veel drugs in Nederland zijn illegaal om te bezitten, maken, verkopen of vervoeren. De drugs die illegaal zijn staan in de Opiumwet en worden in twee groepen ingedeeld: lijst 1 (harddrugs) en Lijst 2 (softdrugs). 

Harddrugs en softdrugs

Harddrugs vindt de overheid gevaarlijker voor mensen dan softdrugs. Daarom krijgt iemand die harddrugs bezit, maakt verkoopt of vervoer een zwaardere straf. In de tabel hieronder zie je een aantal voorbeelden van harddrugs en softdrugs.  

Harddrugs  Softdrugs 
3-MMC 

XTC/MDMA 

Heroïne 

LSD 

Wiet en hasj 

Lachgas 

Paddo’s  

Wist je dat: cannabis (wiet en hasj) in Nederland verboden is. Iemand die wiet of hasj koopt in een coffeeshop krijgt alleen geen straf als hij of zij zich aan bepaalde regels houdt. Bijvoorbeeld: iemand mag niet meer dan 5 gram kopen of jonger zijn dan 18 jaar. Dit heet het gedoogbeleid. 

Welke soorten drugs zijn er? 

Je kunt de meeste drugs indelen in 3 groepen: stimulerend, verdovend en psychedelisch. 

Stimulerende drugs

Stimulerende middelen worden ook wel ‘uppers’ genoemd. Het zijn drugs die energie geven. Iemand kan bijvoorbeeld meer zin hebben om te bewegen, praten of dansen. Vaak krijgt iemand van stimulerende drugs een hogere hartslag en bloeddruk. Pupillen kunnen wijder worden, spieren spannen zich meer aan en iemand kan sneller gaan ademhalen. 

Voorbeelden van stimulerende drugs: cocaïne, speed en cafeïne 

Verdovende drugs

Verdovende drugs heten ook wel ‘downers’ of ‘dempende drugs’. Iemand die verdovende drugs heeft gebruikt voelt zich vaak meer ontspannen, rustig en minder angstig. De hartslag en bloeddruk gaan omlaag en pupillen kunnen kleiner worden. Iemands spieren gaan minder aanspannen en iemand gaat trager ademhalen. 

Voorbeelden van verdovende drugs: alcohol, benzodiazepines, heroïne en GHB 

Psychedelische drugs

Psychedelische drugs worden ook wel ‘trippers’, ‘psychedelica’ of ‘hallucinogenen’ genoemd. Psychedelische drugs zijn net wat anders dan stimulerende en verdovende drugs. Ze zorgen ervoor dat iemand tijdelijk de wereld anders gaat beleven. Kleuren kunnen feller lijken of dingen die stilstaan kunnen bewegen. Ook kan tijd heel anders aanvoelen en kan iemand anders denken. Deze effecten noem je ‘trippen’. 

Voorbeelden van psychedelische drugs: LSD, 2C-B en ayahuasca 

Overige drugs

Niet alle drugs kun je goed indelen in één van de drie soorten. Sommige drugs vallen er net wat buiten of horen juist bij twee groepen. Bijvoorbeeld de volgende middelen: 

Ketamine en lachgas: zijn allebei verdovend en psychedelisch. Ze vallen onder de groep dissociatieve drugs. Deze middelen zorgen er onder andere voor dat iemand zijn of haar lichaam anders beleefd. Iemand kan bijvoorbeeld tijdelijk het gevoel hebben geen lichaam meer te hebben of het gevoel hebben dat iemands armen en benen heel lang of kort zijn geworden.  

Cannabis: is ook verdovend en psychedelisch maar anders dan dissociatieve middelen. Iemand kan sloom worden en slappe spieren krijgen van cannabis. Maar het kan ook zorgen voor andere gedachten en lichte hallucinaties.   

Hoe werken drugs in het lichaam? 

Drugs hebben een effect op de hersenen en de rest van het zenuwstelsel. Iedere drug doet dat op een net wat andere manier. 

Signalen in de hersenen werken op verschillende manieren. Maar de meeste signalen hebben te maken met een neurotransmitter en een receptor. De neurotransmitter is de boodschap. De receptor is de ontvanger van deze boodschap in de hersenen. Bekende neurotransmitters zijn dopamine en serotonine.  

Drugs kunnen op verschillende manieren de boodschappen beïnvloeden. Bijvoorbeeld de boodschap nadoen. Er ontstaat dan een signaaltje dat er normaal gesproken niet was geweest. Of een drug kan de ontvanger (receptor) blokkeren. Als de hersenen dan een boodschap willen versturen dan kan de receptor de boodschap niet in ontvangst nemen en doorsturen. 

Als de drug de signalen in de hersenen verstoort, merkt de gebruiker daardoor effecten.  Het blije gevoel van XTC komt dus doordat XTC ervoor zorgt dat er blije signaaltjes aangemaakt worden. 

Wat zijn de effecten van drugs? 

Drugs hebben verschillende effecten. Hoe iemand die effecten voelt hangt af van drie dingen: de drug, de set en de setting.  

De drug

Van XTC voelt iemand zich wakker en blij. Maar van alcohol kan iemand zich ontspannen en minder angstig of minder gestrest voelen. Welke effecten iemand precies ervaart hangt dus af van het middel. Maar ook hoeveel en hoe vaak iemand het middel gebruikt bepaald wat de effecten zijn. 

De set

Twee mensen kunnen dezelfde drug nemen in dezelfde dosering en toch een ander effect hebben. Hoe iemand zich voelt door drugs komt namelijk ook door de set. Dit betekent: hoe voelt iemand zich voor en tijdens het gebruik. Iemand die niet lekker in zijn of haar vel zit of last heeft van psychische klachten kan veel minder fijne effecten merken, meer bijwerkingen ervaren en een (veel) heftigere kater. 

De setting

Met de setting wordt omgeving waar de drug gebruikt wordt bedoeld. Het gaat dan om de fysieke omgeving: is de plek veilig en fijn? Maar het gaat er ook om met wie iemand samen de drug gebruikt: is het een goede vriend of een vage bekende?  

Wat zijn de risico’s van drugsgebruik? 

Door de verstoring van signalen in de hersenen merkt iemand effecten. Maar door deze zelfde verstoring merkt iemand ook bijwerkingen en risico’s. Bijvoorbeeld: een signaal van de hersenen dat het hart harder moet gaan kloppen zorgt voor meer energie. Dit is een effect. Maar het kan ook zorgen voor hartkloppingen. Dat is een bijwerking. Als iemand dan veel of vaak deze drug heeft gebruikt kan dat zorgen voor hartproblemen. Dit noem je een risico. Welke risico’s iemand loopt en hoeveel risico iemand loopt hangt ook af van de drug, set en setting. 

Soorten risico’s

Er zijn verschillende gevolgen door drugsgebruik. We noemen er een paar: 

Lichamelijke risico’s: drugs hebben invloed op het lichaam. Het ene middel is zwaarder voor het lichaam dan het andere. Cocaïne kan bijvoorbeeld zorgen voor hartproblemen en cannabis roken zorgt voor schade aan de longen. 

Sociale risico’s: iemand kan door het gebruiken van drugs bijvoorbeeld ruzie krijgen met iemand. Een relatie kan uitgaan of een familielid vindt het vervelend als iemand onder invloed is.  

Psychische risico’s: drugs zorgen ervoor dat iemand zich even anders voelt. Dit kan zorgen voor je minder fijn voelen na het gebruik (kater). Het kan ook zorgen voor verergeren van psychische klachten of stress.  

Juridische risico’s: veel drugs zijn illegaal om te bezitten. Dat kan ervoor zorgen dat iemand een boete, straf of strafblad krijgt. Een strafblad kan soms zorgen voor het moeilijker krijgen van een baan 

Financiële risico’s: drugs kosten geld. Zeker bij dure drugs zoals cocaïne of als iemand veel of vaak gebruikt kan dit duur worden. Een verslaving aan drugs maakt dit risico groter.  

 

Veelgestelde vragen (FAQ) 

Wat zijn de korte termijn risico’s van drugs?

Drugs zorgen voor risico’s. De korte termijn risico’s zijn de risico’s die iemand loopt tijdens het gebruik van de drug. Per drug verschillen deze risico’s en het zijn er dan ook te veel om op te sommen. Een paar voorbeelden zijn: een hartstilstand door cocaïne, een bad trip door LSD of te warm worden (oververhitting) door XTC. 

Wat zijn de lange termijn risico’s van drugs

Als iemand vaak (en veel) gaat gebruiken dan kan iemand last krijgen van lange termijn risico’s. De meeste lange termijn risico’s loopt iemand niet als iemand één keer een middel gebruikt. Een lange termijn risico dat geldt voor bijna alle middelen is verslaving. Maar de meeste lange termijn risico’s gelden niet voor alle drugs. Een aantal voorbeelden zijn: leverschade door alcohol, longschade door het roken van cannabis of uitputting door speed.  

Hoe lang blijven drugs in je lichaam?

Als iemand drugs inneemt komt dit in het lichaam terecht. Meestal is dit terug te vinden in het bloed, speeksel en de urine. Niet iedere drug is even lang terug te vinden. Op onze pagina over aantoonbaarheid en drugstesten lees je daar meer over.  

Zijn sommige drugs veiliger dan andere? 

Ja sommige drugs zijn minder gevaarlijk dan ander drugs. Cafeïne is bijvoorbeeld een redelijk veilige drug. Heroïne is veel gevaarlijker. Maar over het algemeen is het wel heel moeilijk om drugs met elkaar te vergelijken. Op onze pagina over ‘wat is de gevaarlijkste drug?’ lees je daar meer over.   

Kan je verslaafd raken aan alle drugs? 

Ja, aan alle drugs kan iemand verslaafd raken. Wel is het zo dat er drugs zijn waarbij die kans groter is dan bij andere. Aan XTC raken bijvoorbeeld maar heel weinig mensen verslaafd. Bij cocaïne is de kans veel groter.  

> Lees meer hier meer over wat verslaving is 

Stel een vraag